Zorgzaamheid in de drugsscene: Het verhaal van Jezus en Maria

De persoonlijke verhalen die we verzamelen voor het (her)schrijven van de drugsgeschiedenis van Nederland leveren prachtige en leerzame anekdotes op. Eén daarvan is het verhaal van een bijzonder koppel dat zichzelf “Jezus en Maria” noemde. Begin jaren ’70 waren ze een opvallende verschijning in Amsterdam. Met een hoge stok, een bijbel en een spirituele boodschap zwierven ze door de stad. Als gebruikers van psychedelica en heroïne leefden ze veel op straat, bedelend en predikend over God. Ze maakten indruk op velen: journalisten en fotografen portretteerden hen regelmatig.
In een uitzending van het TV-programma ‘Info op Woensdag’ uit oktober 1974 vertelden ze: “We zijn vroeger twee mensen geweest zoals jullie, en ieder ander – dat zijn we uiteraard nog, maar nu zijn we ook twee mensen die het hoogste geestelijke level in de mensheid hebben bereikt.” Drugs zagen ze als ‘voedsel voor het spirituele lichaam’.
Hun verhaal biedt een belangrijk inzicht in het leven op en rond de Zeedijk, een gebied dat in de media vaak werd afgeschilderd als een gewelddadige plek, waar dealers en gebruikers schreeuwend en jachtig doorheen bewogen. De praktijk, zo blijkt uit onze interviews, was complexer. Zo kregen Jezus en Maria – soms, of vaak, dat is onduidelijk – gratis dope van straatdealers. Met name onder dealers met een Surinaamse migratieachtergrond was het stel erg geliefd: “Veel Surinaamse jongens hielden van hen ook, letterlijk ook,” herinnert een geïnterviewde zich. “O daar komt Jezus, heb je wat voor ‘m? En dan kwam hij, met z’n boek en met een hele hoge stok, en dan kwam hij vertellen.”
Deze dealers, vaak zelf ook gebruikers, waardeerden Jezus’ christelijke verkondigingen en hielpen het koppel regelmatig met gratis drugs als ze last hadden van afkickverschijnselen. Het tekent een beeld van onverwachte zorgzaamheid in een omgeving die vaak alleen met criminaliteit wordt geassocieerd. Uit dergelijke interviews komt naar voren hoe het gebied een verzamelplaats was van mensen met verschillende achtergronden en problemen. Er waren nieuwe Nederlanders uit Suriname die worstelden met heimwee, eenzaamheid en racistische discriminatie. Er waren mensen met psychische problemen, trauma’s of een verleden van misbruik. Hun middelengebruik stond zelden op zichzelf, maar was verweven met persoonlijke en maatschappelijke uitdagingen.
Hoewel er onmiskenbaar sprake was van criminaliteit, onderlinge spanningen en ook geweld, laat het verhaal van Jezus en Maria een andere kant zien van deze gemeenschap. Hun geschiedenis, als deel van de vele persoonlijke verhalen die we verzamelen, helpt ons de Nederlandse drugsgeschiedenis beter te begrijpen – niet als een eendimensionaal verhaal van verval en misdaad, maar als een complex menselijk verhaal waarin ook plaats was voor zorg en verbinding. Deze onverwachte vormen van onderlinge steun komen we vaker tegen in de verhalen die we optekenen. Het laat zien hoe belangrijk het is om verder te kijken dan de krantenkoppen en politierapporten, en te luisteren naar de persoonlijke verhalen van mensen die deze geschiedenis van binnenuit hebben meegemaakt.
Afbeelding: still van een televisieaflevering van het programma Info op Woensdag (Tros) 02-10-1974.