Ga naar de inhoud
Provadya? Kaatsheuvel

Het jongerencentrum Provadya? in Kaatsheuvel ontstond in 1970. De naam was overgenomen van de Provadya? avonden die vanaf 1967 werden georganiseerd in Amsterdam, in Felix Meritis, Paradiso en Fantasio, door onder anderen Koos Zwart en Willem de Ridder. Het voorzetsel pro verwees naar een jazzsociëteit in Felix Meritis, maar linkte het gebeuren tegelijk aan de Provo- beweging. Vadya betekent muziek in het Sanskriet. Het vraagteken duidde het experimentele karakter aan van de avonden, die een mengeling waren van muziek, performance, dans, lichtshows en allerlei vormen van kunst.

In Kaatsheuvel ontstond het jongerencentrum na een aanloop in muziekluisteravonden, bij een van de jongeren aan huis, en daarna een “weekend van love and peace” in augustus 1969, met live optredens. De gemeente Loon op Zand, waaronder Kaatsheuvel valt, reageerde positief op het verzoek van een aantal jongeren die een plek wilden voor dit soort alternatieve vormen van uitgaan. Een leegstaand gemeentehuis dat op het punt stond afgebroken te worden, mocht tot de afbraak als jongerencentrum gebruikt worden.

Op de Wikipedia pagina over Provadya? Kaatsheuvel staat te lezen, hoe met 300 gulden subsidie aan het eind van 1969 een ruimte op de eerste verdieping werd omgetoverd tot een sfeervolle Blauwe kamer. De Blauwe kamer was rijkelijk voorzien van kussens en was verder verstoken van enig meubilair. In de Blauwe kamer werd voornamelijk naar muziek geluisterd. Daarbij werd, hoewel officieel door de organisatie verboden, regelmatig een jointje gerookt.” Een vroeg voorbeeld van gedoogbeleid. De ruimte beneden werd ‘ mysterieus’ gemaakt met zwart plastic aan de muren, en gebruikt voor muziek en optredens. Het centrum bood hiernaast een breed scala aan andere activiteiten, van politieke discussieavonden tot en met filmvoorstellingen. In 1972 moest het gemeentehuis tegen de grond en vond het centrum een nieuw onderdak, met hulp van de gemeente, in een huisje met tuin aan de Huijgenstraat, waar het nog enkele jaren actief was als jongerencentrum.

Het drugsgebruik in het centrum leidde tot zorgen bij verontruste ouders, vertelde Jos van Meeuwen, een van de bezoekers, in de VPRO documentaire Blowen in de Polder uit 2004. Hieronder staat een link naar deze documentaire- de tweede helft daarvan (na het nummer Nederwiet van Doe Maar) gaat over het centrum in Kaatsheuvel. Zeker omdat een minderheid van de jongeren die het centrum bezochten, ging experimenteren met LSD en heroïne. De subsidie voor het centrum bleef echter in stand. Er was geen sprake van confrontatie of repressie; wel werd er schande van gesproken in het dorp, aldus Van Meeuwen.

Afbeelding: Echo van het Zuiden, 3 september 1970.