Ga naar de inhoud
“Junkenboot” Deel 1 1983-1984

Op 4 juli 1983 meerde een groep buurtactivisten een boot aan bij het Centraal Station van Amsterdam, die zou dienen als ruimte voor drugsgebruik. Ruim een jaar lang zwierf een groep van zo’n honderd (voornamelijk Surinaamse) gebruikers van kraakpand naar kraakpand, eerst rond de (Kop van de) Zeedijk waar op veel plekken heroïne te krijgen was, en daarna ook in de Nieuwmarktbuurt (zie ook: SOSA en Doelengebouw).
Sinds het falen van de heroïnecafés (1979-81) was er geen gemeentelijk beleid voor gebruikers. Buurtbewoners en ondernemers waren de overlast zat en namen zelf het initiatief. Ze huurden twee schuiten, kochten een oude keet en meerden het geheel af aan de Schreierstoren: zo ver mogelijk weg van hun wijk, maar bovenin de Zeedijk. De boot werd bestuurd door een groep lokale vrijwilligers en heroïnegebruikers.
De regering van Amsterdam tolereerde het initiatief aanvankelijk. De boot was aangesloten op water, gas en licht, destijds gemeentelijke voorzieningen. De kosten die omwonenden en ondernemers voor de boot maakten, werden overgenomen door het buurthuis d’Oude Stadt en in het verlengde daarvan door de gemeente. De politie liet de boot en de bezoekers aanvankelijk met rust.
In februari 1984 besloot het stadsbestuur om de ruimte voor drugsgebruik permanent te maken en geld te reserveren voor een nieuwe boot. Kort daarna kreeg de boot een nieuwe plek toegewezen tegenover de Schreierstoren aan de Oosterdokskade, recht tegenover het Centraal Station.